Redactionele pagina Dagblad van het Noorden

Terug naar Nieuws
Redactionele pagina Dagblad van het Noorden

Oudeschans Ze verkopen alles, als het moet. De stoelen van zacht bruin schapenleer waarin ze zelf ook neerzijgen. De gietijzeren pannen in hun keuken. De lampen en het krantenrek. Want Maud en Krijn Goossen wonen in hun winkel en als de klant niet voor Dubarry- laarzen komt ("De enige laars die loopt als een schoen", zegt Krijn). een broek van ribstof ("Geen stretch"). of een van de andere nogal Brits aandoende kledingstukken, van waxjassen tot jagershoeden, nemen ze allicht zo'n hourgestookt fomuis of een hot tub mee uir Oudeschans.

Vier jaar wonen ze nu in bet Oost-Groningse vestingdorp. Ze kwamen uit "bet midden van bet land", waar ze een naaimachinewinkel hadden. Van Oudeschans hadden ze nog nooit gehoord. Totdar - zoals die dingen gaan - bet roer om moest, en het Ieven niet meer over bet plat gerrapte paadje wou. Ze zochren eerst over de grens in Duitsland, stopten voor koffie in Nieuweschans, waar iemand ze de weg wees naar dit dorp van een handvol straten, een kolonie reigers en nog geen honderd zielen (Erwonen volgens de gemeente Bellingwedde 160 mensen).

Krijn Goossen was meteen verliefd. Op de rust en de stilte en de uilen. Op het tijdloze patroon van de stervonnige verdedigingswal, waarover nu een schelpenpad loopt. Op de luchten als nergens, en het uitzicht op velden vol graan. Op de schuur waarin een atelier gevestigd was, ooit het koetshuis van de naastgelegen boerderij die zelf tot een jaar geleden bet hotelrestaurant Het Wapen van Oudeschans huisvestte. Die schuur werd De Blokeend, hun winkel voor "landleven". "Hij verkoopt alles. behalve mij en de hond", lacht Maud. Die winkel past op een vreemde manier in het dorp, dat in trek is bij wandelaars en dagjesmensen - "ongeveer evenveel Duitsers als Nederlanders". schat Krijn - omdat het, zo klein als het is, barst van de geschiedenis. Een vesting uit de late zestiende eeuw. Toneel van wapengekletter in de zevemiende. Verwaarloosd als vesting in de achttiende. En als dorp halverwege in de twintigste eeuw, waarna bet werd opgekalefatert, en zich een reputatie verwierf als kunstenaarsdorp. Schilders, ateliers, antiek. Een brocanterie. Nog steeds zit naasr bet museum her lrunsthuis' voor uitleen en verkoop van kunst. Oudeschans - je rijdt er in binnen her tijdsbesrek van een windvlaag aan voorbij - heeft een Voorstraar, en een Achterstraar, een 1''• Kwartierstraar, maar geen tweede. Er is een Molenweg en een Poonweg, en wie goed oplet ziet nog enkele steegjes. Er sraat een garn.izoenskerkje uit 1626 met een aangebouwde pastorie. Er is een brandspuithuisje en op de hoek van de Voor-en Achterstraat staat een 'Telephone'- huisje naasr de oude schoolmeesrerswoning -maar van een school is geen sprake meer, zoals ook de bakker verdween. Sommige kunstenaars zijn weer weggetrokken. Andere bewoners kwamen. Op een handvol - schat Maud - oorspronkelijke bewoners na, bestaat Oudeschans uit import. Mensen die rust zoeken of in her volgens de ANWB 'aaibare' dorp als neringdoende kansen zien. Zoals de uitbater van de Stelmakerij (winkel en theetuin) of her restaurant De Piekenier. Of degenen die in Oudeschans dus een nieuw !even en een woonkamerwinkel beginnen.

Foto's

Downloads

Nog geen bestanden

Gerelateerd